De nieuwe XTD ‘SAB 50 jaar actief’ is uit! Lees hem hier.
Medewerker3
Medewerker2
Medewerker1
Dorpskwaliteitsplan West Maas en Waal
Hoe maken we voor onze inwoners in één oogopslag duidelijk welke kaders er gelden voor ruimtelijke initiatieven in onze acht dorpen? Voor deze vraag stond de gemeente West Maas en Waal. Het antwoord van SAB: een dorpskwaliteitsplan, waarin voor ieder dorp op een begrijpelijke en integrale wijze de visie, kaders en richtlijnen voor ruimtelijke ontwikkelingen zijn verwoord. Daarmee bereidt West Maas en Waal zich alvast voor op de nieuwe Omgevingswet, waarin iedere gemeente verplicht wordt gesteld een integrale visie voor de ontwikkeling van de fysieke leefomgeving neer te leggen.
De gemeente West Maas en Waal – de naam zegt het al – vormt het westelijke deel van het Land van Maas en Waal. De historische ontwikkeling van de acht kernen in de gemeente wordt sterk bepaald door hun ligging in het rivierenlandschap. De dorpen ontstonden op de oeverwallen van de Maas en de Waal en op rivierduinen. Nu nog herinneren de historische centra, de lange bebouwingslinten en de dijkhuisjes aan het ontstaan en de ontwikkeling van deze dorpen.
De gemeente West Maas en Waal heeft de ambitie om de ruimtelijke en cultuurhistorische kwaliteiten van de kernen te beschermen en versterken. In de Structuurvisie Dorpen 2025 verwoordde ze vorig jaar dan ook haar ruimtelijke beleid ten aanzien van de kernen. Diverse ontwikkelingsopgaven zullen bijdragen aan het behouden en versterken van de kwaliteiten van de kernen van West Maas en Waal. Burgers en organisaties worden nadrukkelijk uitgenodigd initiatieven te ontwikkelen en te realiseren die bijdragen aan het behouden en versterken van de identiteit van West Maas en Waal. Maar hoe kunnen zij eenvoudig zien welke randvoorwaarden daarvoor gelden? Daar komt het dorpskwaliteitsplan in beeld.
Sinds januari 2016 werkt SAB samen met het Gelders Genootschap en de gemeente West Maas en Waal aan het opstellen van dit dorpskwaliteitsplan. Het plan zal dienen als inspiratiebron en kader bij het realiseren van nieuwe, ruimtelijke ontwikkelingen. Het legt enerzijds de bestaande ruimtelijke en cultuurhistorische kwaliteiten en kenmerken vast en geeft anderzijds ruimere kaders, waarbinnen initiatieven ontwikkeld kunnen worden. Alle thema’s die binnen de gemeente spelen, zoals wonen, werken, verkeer en duurzaamheid, zijn daarin meegenomen.
Het dorpskwaliteitsplan zal straks aangeven op welke manier bijgedragen kan worden aan het verbeteren, vernieuwen of ontwikkelen van de specifieke eigen kwaliteiten van elke kern. Een inwoner die iets aan zijn woning wil veranderen, zal gemakkelijk kunnen zien welke richtlijnen de gemeente hem daarvoor meegeeft. Voor een ondernemer die een nieuw kantoorpand wil bouwen, geldt hetzelfde. Het dorpskwaliteitsplan vervangt daarmee het huidige welstandsbeleid en biedt een samenhangend kader en een inspiratiebron voor de thema’s cultuurhistorie, welstand en ruimtelijke kwaliteit van de bebouwing en openbare ruimte.
Opening Stadsdiagonaal in Zutphen
Op zaterdag 23 april is de nieuwe Stadsdiagonaal in Zutphen feestelijk geopend. Wethouder Oege Bosch en gedeputeerde Bea Schouten verrichtten de opening bij het nieuwe waterwerk. SAB maakte het ontwerp voor de openbare ruimte.
De nieuwe route verbindt het woon-werkgebied van de Noorderhaven – aan de noordkant van het station – met de historische binnenstad van Zutphen. De route passeert de mooi verlichte Kostverlorentunnel, de parkeerplaats Basseroord en de historische wegen Nieuwstad, Overwelving en Pelikaanstraat. Centraal in de Stadsdiagonaal ligt het nieuwe waterwerk op de Overwelving. Deze maakt de relatie tussen het riviertje de Berkel en de oude singelstructuur in de stad weer zichtbaar. Waar de Overwelving voorheen een grote verkeerskundige barrière was, is het nu veranderd in een aantrekkelijk en levendig plein. Het is een herkenbare en waardige entree van de oude binnenstad van Zutphen.
De inrichting van de openbare ruimte sluit goed aan bij het historische karakter van Zutphen. Op verschillende plaatsen langs de Stadsdiagonaal zijn bijzondere gebeurtenissen uit het verleden van de stad in natuursteen gebeiteld. Wanneer het donker is worden deze prachtig uitgelicht. Zo hebben we het verleden van Zutphen weer ‘leesbaar’ gemaakt.
Omgevingswet door Eerste Kamer: we zijn er bijna?
Op dinsdagmiddag 22 maart jl. heeft de Eerste Kamer ingestemd met de Omgevingswet. Met het aannemen van deze wet heeft de Eerste Kamer ons weer een stap verder gebracht in een omvangrijke stelselherziening en bundeling van het omgevingsrecht. Welke veranderingen zijn op het laatst nog door de leden van de Eerste Kamer doorgevoerd? Wat waren de kritische kanttekeningen van de verschillende Senaatsleden? Welke vijf moties werden er nog ingediend? En zijn we er nu bijna?
Vragen en kritiek
Voorafgaand aan de stemming op 22 maart vond op 15 maart de openbare behandeling van de Omgevingswet plaats. De leden van de Senaat plaatsten kritische kanttekeningen bij de cultuurverandering waartoe de Omgevingswet moet leiden. Ook het onderwerp burgerparticipatie kwam uitgebreid aan de orde. Minister Schultz kreeg veel vragen over hoe burgerparticipatie vorm zal krijgen, alsmede over de wettelijke verankering daarvan. De minister zal daarom een handreiking maken om de participatie te bevorderen en monitoren.
Aangenomen moties
Er werden op 15 maart in totaal vijf moties ingediend. Bij de stemming op 22 maart werden drie van de vijf moties aanvaard. Ten eerste betreft dat de motie om in de nationale omgevingsvisie, die in de komende jaren zal worden opgesteld, aandacht te besteden aan hoe het stelsel van de Omgevingswet bijdraagt aan het klimaatakkoord dat in 2015 in Parijs werd gesloten en aan andere mondiale verplichtingen waaraan Nederland zich heeft verbonden.
Er klonk kritiek vanuit de Eerste Kamer op het feit dat de normen uit de Omgevingswet worden vastgelegd in zogenaamde AmvB’s en niet worden opgenomen in de wet zelf. AmvB’s worden door de regering vastgesteld en worden niet aan de kamer voorgelegd. De Senaat kan daardoor niet optimaal over de normen uit de Omgevingswet meebeslissen. Door middel van een motie verzocht de kamer de minister om de beoordelingsregels voor omgevingsvergunningen zoveel mogelijk ongewijzigd over te nemen uit de huidige wet- en regelgeving om ervoor te zorgen dat geen verslechtering van het beschermingsniveau plaatsvindt: een motie die aansloot bij de wens van de minister.
Meerdere fracties in de Eerste Kamer maakten zich verder zorgen over de “omgevingsvergunning met onomkeerbare gevolgen”, een vergunning voor bijvoorbeeld het kappen van bomen of het veranderen van een monument. In het wetsvoorstel treedt deze vergunning al twee weken na de bekendmaking in werking. Door middel van een motie verzocht de eerste kamer de minister deze termijn te verlengen naar vier weken, zodat er een redelijke termijn blijft om de vergunning aan te vechten door een voorlopige voorziening aan te vragen. De oorspronkelijke gedachte om aan alle omgevingsvergunningen met onomkeerbare gevolgen een termijn van twee weken voor inwerkintreding te koppelen wordt nu losgelaten. De minister zal een nieuw voorstel doen waarbij, net als in de huidige wetgeving, verschillende termijnen voor verschillende vergunningen gelden. Nu de gedachte van harmonisatie is losgelaten zal in elk geval ook in de wet terugkeren welke vergunningen direct in werking kunnen treden, zoals vergunningen voor dakkapellen.
Stemming
Alleen de fracties van GroenLinks en Partij van de Dieren stemden tegen de Omgevingswet. Beide fracties gaven aan het doel van een meer integraal beleid en samenhang van wet- en regelgeving voor de leefomgeving te ondersteunen, maar misten een aantal normen en toetsingskaders in de wet. Alle overige fracties stemden voor het wetsvoorstel.
Zijn we er bijna?
Met de instemming van de Eerste Kamer komt de invoering van de Omgevingswet weer een stap dichterbij, maar er moet nog flink wat werk verricht worden. Hieronder wordt ingegaan op wat er nog nodig is voordat de Omgevingswet daadwerkelijk in werking kan treden.
AmvB’s
De Omgevingswet is een raamwet; een wet die de hoofdlijnen regelt en algemene principes, verantwoordelijkheden en procedures vastlegt. De nadere invulling hiervan wordt geregeld in vier Algemene maatregelen van Bestuur (AmvB’s), te weten het Omgevingsbesluit, Besluit kwaliteit leefomgeving, Besluit activiteiten leefomgeving en Besluit bouwwerken leefomgeving. De openbare consultatie van de vier AmvB’s zou oorspronkelijk starten op 1 april, maar gaat nu op 1 juli van dit jaar van start.
Aanvullingswetten
Momenteel loopt voor twee aanvullingswetten de openbare consultatie, namelijk de Aanvullingswet bodem en de Aanvullingswet geluid. Deze aanvullingswetten worden bij de inwerkingtreding van de Omgevingswet opgenomen in deze wet. Ook voor het onderwerp natuur komt er een dergelijke aanvullingswet. Op 15 december 2015 is de Wet natuurbescherming, die het stelsel van de natuurbeschermingswetgeving herziet, door de Eerste Kamer aangenomen. De Wet natuurbescherming, die de Natuurbeschermingswet 1998, de Boswet en de Flora- en faunawet vervangt treedt waarschijnlijk op 1 januari 2017 in werking. Ook deze wet wordt dus, via een Aanvullingswet, opgenomen in de Omgevingswet.
Ten slotte komt er nog een aanvullingswet voor grondeigendom. De instrumenten uit de huidige Onteigeningswet, de Wet voorkeursrecht gemeenten en de Wet inrichting landelijk gebied komen daarin samen. Alle aanvullingswetten moeten zowel door de Tweede als Eerste Kamer aangenomen worden en daaraan voorafgaand voor advies aan de Afdeling advisering van de Raad van State wordt aangeboden.
Invoeringswetgeving
Tot slot moet er nog een invoeringswet worden opgesteld: een begeleidende wet bij de invoering van de Omgevingswet. Hierin is onder meer het overgangsrecht opgenomen, waarin onder meer zal worden geregeld dat de bestemmingsplannen en verordeningen op het gebied van de fysieke leefomgeving na inwerkingtreding van de Omgevingswet als onderdeel van één omgevingsplan worden beschouwd. Verder is de verwachting dat er een termijn zal worden opgenomen waarbinnen er een omgevingsplan op basis van de Omgevingsweg moet zijn vastgesteld. Ter begeleiding van de invoering van de vier AmvB’s wordt een invoeringsbesluit opgesteld.
Inwerkingtreding
De bedoeling is dat de Omgevingswet op 1 januari 2018 in werking zal treden. Een ambitieuze planning, gelet op wat er nog moet gebeuren. Het is dan ook maar de vraag of deze gehaald zal worden. Vooralsnog wordt vanuit het Ministerie niet afgeweken van de oorspronkelijke planning. We zullen het meemaken!
Zo mooi wordt het Prinses Maxima Centrum!
Minister Edith Schippers sloeg op 8 februari j.l. symbolisch de eerste paal van de nieuwbouw van het Prinses Máxima Centrum in Utrecht. Over twee jaar komen hier complexe kinderoncologische zorg én alle research bij elkaar. SAB zorgde ervoor dat het prachtige ontwerp van architectenbureau LIAG kan worden gerealiseerd op basis van een nieuw bestemmingsplan met bijbehorende onderzoeken.
Het slaan van deze eerste paal is een zeer belangrijk moment voor de initiatiefnemers: de ouders van kinderen met kanker, verenigd in de Vereniging Ouders, Kinderen en Kanker (VOKK), en de kinderoncologen, verenigd in de Stichting Kinderoncologie Nederland (SKION). Na jarenlange voorbereidingen zien zij hun wens in vervulling gaan: concentratie van de kinderoncologie in Nederland.
In het Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie vindt de meest complexe zorg voor kinderen met kanker plaats. Dit vereist een top-ondersteuning voor de zorg met bijvoorbeeld kinder-intensive care en kinderoperatiekamers. Om te voorkomen dat deze dure voorzieningen ergens anders volledig nieuw gebouwd moeten worden, kan het Prinses Máxima Centrum het beste aansluiten bij een ziekenhuis dat deze faciliteiten al heeft. Dit is één van de redenen waarom de nieuwbouw direct naast het Wilhelmina Kinderziekenhuis (WKZ) komt. Ook heeft dit kinderziekenhuis allerlei verschillende specialisten in dienst die de zorg in het Prinses Máxima Centrum kunnen ondersteunen, zoals kindercardiologen en kinderneurologen. Eind 2017 wordt het gebouw opgeleverd. Daarna kan de (verdere) inrichting kan plaatsvinden, zodat halverwege 2018 het Prinses Máxima Centrum de deuren voor de patiënten kan openen.
Speciaal voor de feestelijke bijeenkomst heeft LIAG, met ondersteuning van onder meer SAB, een film gemaakt en aangeboden aan het Prinses Máxima Centrum.
Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie, Utrecht from LIAG on Vimeo.
Stadsdiagonaal Zutphen krijgt vorm
De gemeente Zutphen werkt hard om voor het eind van het jaar de herinrichting van de Stadsdiagonaal in Zutphen, naar het ontwerp van SAB, gerealiseerd te krijgen. De Stadsdiagonaal bestaat uit de Basseroord, Overwelving, Bornhovenstraat en de Pelikaanstraat.
Eind 2014 zijn we gestart met de ontwerpwerkzaamheden voor deze ‘Stadsdiagonaal’ in de historische binnenstad van Zutphen. De parkeergelegenheid Basseroord en de Pelikaanstraat zijn al klaar. Betonmaterialen zijn hier vervangen door gebakken klinkers en natuursteen, passend de sfeer en uitstraling van de oude binnenstad.
Aan de Overwelving wordt op dit moment hard gewerkt. Er ontstaat hier een overzichtelijk plein, waar in het voorjaar van 2016 een bijzonder waterwerk wordt aangelegd.
De Ladder in de steigers
Het doel van de Ladder voor duurzame verstedelijking strookt niet met de opzet van de Omgevingswet. Vooral het uitgebreide onderzoek om de regionale behoefte precies aan te tonen staat op gespannen voet met de wens tot en noodzaak van flexibele (bestemmings)plannen. Reden genoeg voor inhoudelijke aanpassing van dit instrument. In het artikel ‘Ladder in de steigers’ in het ROmagazine van oktober 2015 geven twee van onze planologen hun visie op hoe het instrument Ladder wel zou moeten functioneren. Wilt u het volledige artikel lezen, klik dan hier.